De opkomst is enorm voor de gratis proefles die ik op die dag verzorg in Speakers, Delft. Als ik de deelnemers vraag een partner op te zoeken om de zojuist uitgelegde basispassen van de Salsa samen te oefenen merk ik dat mijn assistente nog te druk bezig is met het beantwoorden van vragen om mij op dat moment te helpen. Ik aarzel geen moment en steek vol overtuiging mijn hand uit naar een dame die nog altijd verlegen langs de kant staat. ‘Kom, jij mag met de leraar dansen‘ zeg ik in een poging grappig te doen. De dame in kwestie trekt enigszins bleekjes weg maar vol overtuiging neem ik haar aan de hand mee naar het midden van de dansvloer. Ze doet alle oefeningen keurig mee en gedurende 10 minuten is zij even de assistente van de dansleraar. Als mijn eigen assistente klaar is laat ik deze jongedame, die inmiddels wat meer ontspannen lijkt, als vorm van bedankje nog even een applausje geven en draag haar over aan een van onze assistenten waar ze mee verder kan dansen. Eind goed al goed. Dacht ik!

Want een paar dagen later ontvang ik een mail waarin de dame in kwestie heel openhartig met me deelt dat dit voor haar de meest vreselijke ervaring ooit was geweest en of ik dat nooit meer wilde doen. Onder die voorwaarde wilde ze (nog) wel inschrijven.

Een fout is pas echt een fout als je er niets van leert!
Die mail was het grootste geschenk dat ze mij kon geven. Naast het feit dat ze mij daarmee de kans gaf mijn oprechte excuses aan te bieden, gaf ze mij vooral de kans BEWUST TE WORDEN van mijn handelen.

Het bovenstaande voorbeeld is nu zo’n 15 jaar geleden. En inderdaad heb ik erna nog heel veel meer fouten gemaakt. Maar een fout is wat mij betreft pas een fout als je er niets van leert. Anders is het wat mij betreft vooral een belangrijke les.

failuresOverigens vraag je jezelf wellicht af wat ik nou fout had gedaan. Ik kon toch niet weten dat zij zich zo zou voelen. Veel dames vinden het juist heel leuk om even met de leraar te mogen dansen. Maar hier gaat het niet om. Ten eerste trok ze bleekjes weg. Dit was een belangrijk signaal dat ik volledig negeerde. Maar daarnaast gaat het er niet om hoe een ander hierop gereageerd zou hebben. Deze dame in kwestie voelde zich gekwetst en daar was ik verantwoordelijk voor. Klaar!

Besef dat je vanuit je rol als docent/assistent een bepaalde status hebt en dat mensen hierdoor al gauw tegen je opkijken. Hierdoor kan het voor iemand al snel lastig worden ‘nee’ tegen je te zeggen. Dit kan nog eens worden versterkt omdat er veel mensen omheen staan.

En dus is het belangrijk dat je jezelf bewust bent van deze extra verantwoordelijkheid die het docentschap met zich meebrengt. Zo hameren we er tijdens de docentenopleiding op dat, hoe menselijk ook, jouw mogelijke irritaties met betrekking tot het gedrag van een bepaalde cursist NOOIT voor deze cursist, noch voor de andere cursisten merkbaar mogen zijn. Jouw stem, jouw opmerkingen tellen voor een gemiddelde cursist nu eenmaal zwaarder dan dat iemand anders iets zegt.

Hieronder volgen 15 belangrijke Do’s & Dont’s voor (dans)docenten en assistenten.

  1. Zeg ‘sommigen’ of ‘enkelen’ in plaats van ‘iedereen’
    Dit is een veel voorkomende fout van docenten. ‘Ik zie dat iedereen het fout doet’.
    Ten eerste is dit niet waar tenzij je aan 1 persoon les staat te geven want meestal is er wel degelijk een aantal mensen dat het wel goed doet. Daarnaast kan je jezelf de vraag stellen: maar als ‘iedereen’  het fout doet, ligt het dan niet aan de uitleg van de docent? Als je in de plaats van ‘iedereen‘ zegt ‘ik zie een enkeling‘ of ‘ik zie sommigen het volgende doen‘ dan zal iemand zich al snel afvragen of je hem/haar bedoelt. Daarmee heb je dan meteen de interesse van de gehele groep gewekt.
  2. Behandel fouten zoveel mogelijk klassikaal
    Met je Quick Scan (deze tool leer je tijdens de docentenopleiding) heb je de mogelijkheid om zeer snel de fouten te verzamelen die er worden gemaakt bij het uitvoeren van een oefening. Zelfs als 1 persoon het fout doet is het aan te raden om bijvoorbeeld te zeggen; ‘sommigen doen ….’ of ‘een enkeling….’. Op deze manier weet de groep niet wie je bedoelt en zal vrijwel iedereen zich afvragen of zij tot deze sommigen of enkelingen behoren, wat weer bijdraagt aan een verdere verbetering van de uitvoering.
  3. Spreek mensen persoonlijk aan
    Als nr. 2 niet heeft geholpen dan is het handig om de personen vervolgens persoonlijk te helpen. Dit geldt overigens ook als mensen zich vervelend gedragen in je les. Spreek ze persoonlijk, dus 1:1, aan. Er is geen betere manier om een reactie waar te nemen en daar vervolgens weer op te reageren. Tijdens een dansles heb je hier de ideale gelegenheid voor zodra de muziek begint. Dit kan ervoor zorgen dat je daarmee voorkomt dat mensen het gevoel krijgen dat ze door jou op hun nummer worden gezet.
  4. Hou het beschaafd
    Spreek zoveel mogelijk ABN (algemeen beschaafd Nederlands), vloek nooit in een les en maak geen seksistische opmerkingen.
  5. Gebruik humor
    Mensen leren sneller als ze plezier hebben. Gebruik dus gerust humor in je les om mensen aan het lachen te maken.
  6. Zelfspot is de beste spot
    Durf jezelf kwetsbaar op te stellen en vertel gerust over je eigen fouten die jij als docent of als danser hebt gemaakt of nog steeds maakt. Dit maakt je als docent alleen maar menselijk. Bespreek dus niet een gemaakte fout van een cursist voor het gehele publiek zo van ‘hij hier (wijzend) maakte net de volgende fout’. Uitzondering hierop zijn lessen die plaatsvinden in een kleine, intieme groep waar onderling veel vertrouwen heerst.
  7. Zeg wat je doet en doe wat je zegt
    Voorkom vaagheden door te praten in woorden als ‘eigenlijk‘, ‘ongeveer‘, ‘een beetje‘. Voorbeeld: ‘breng je linkerhand een beetje omhoog‘. Hoe hoog is ‘een beetje‘ dan? Zeg dus bijvoorbeeld: ‘breng je linkerhand op de hoogte van je linkerschouder.‘ Dat is al veel duidelijker.
  8. Val je collega docent NOOIT af!
    Mocht je een keer invallen voor een andere docent of komt er een keer een cursist van een andere docent bij jou een gemiste les inhalen: val je collega nooit af!!!
    Mocht je zo’n cursist iets zien doen wat volgens jou helemaal fout is zeg dan niet: ‘ ‘zeg, ik weet niet wie jou verteld heeft om dat zo te doen maar dat doe je helemaal fout!‘ Daarmee laat je 2 mensen tegelijk vallen; de cursist en de docent! Zeg bijvoorbeeld: ‘goh, wat interessant dat je het zo doet. Ik doe het iets anders. Misschien wil je het ook een keer op deze manier proberen‘.
  9. Val je concurrenten NOOIT af
    Punt 8 geldt ook als mensen van een andere dansschool komen. Ten eerste weet je niet of de cursist in kwestie het inderdaad uitvoert op de manier zoals door de leraar van de andere dansschool bedoeld. Maar belangrijker is dat je, uit respect naar je collega dansdocent, deze simpelweg niet afvalt. We hebben allemaal hetzelfde doel: mensen helpen om te leren dansen!
  10. Val je collega docent/assistent nooit af tijdens de les
    Het komt weleens voor dat docenten het binnen een les niet met elkaar eens zijn. De gouden regel is dat je dit NOOIT in de groep laat merken. Als vind je het hele verhaal van je collega complete onzin, blijf lachen, blijf ademhalen en ga door met de les. Na de les, als iedereen is verdwenen, kan je het bespreekbaar maken. Komt dit moment er niet? Bel elkaar later op maar laat nooit je mede cursisten getuige zijn van jullie discussie of meningsverschil.
  11. Ga tijdens een voorbeeld niet uitleggen
    Nog een veel voorkomende fout van docenten; het uitleggen van een beweging zonder mensen mee te laten doen. Mensen leren vooral door iets te doen. Iets laten zien kan handig zijn, maar iets uitleggen van een beweging zonder dat mensen meedoen heeft over het algemeen zeer weinig zijn. Als je dit al doet, hou het dan zo kort mogelijk.
  12. Kies de muziek die past bij je cueing
    Je telt (dit heet cueing) op een bepaald tempo in je les. Zorg ervoor dat het tempo van die telling overeenkomt met de muziek die je gaat spelen. Een veel voorkomende fout is dat het tempo van de telling veel lager of hoger is dan het gekozen nummer.
  13. Voorkom stopwoordjes
    Veel docenten hebben een stopwoordje tijdens het lesgeven. Wat jammer is, is dat ze het zelf niet door hebben. Een stopwoordje is niets anders dan de behoefte een stilte op te vullen. Dus zeg je om de paar zinnen bijvoorbeeld: ‘Ok’ of een vragend ‘Ok’ of ‘Ja?’, probeer dit dan te voorkomen door simpelweg een stilte te laten vallen. In het begin ontzettend eng. Je zal merken hoe krachtig het laten vallen van een stilte is.
  14. Maak voldoende CRC momenten
    CRC staat voor Contact – Response – Compliment/Comment. Zorg er tijdens iedere les voor dat je voldoende CRC momenten met iedereen hebt. Je kan dus een contact moment maken met de gehele groep door aan het begin van je les te vragen: ‘En, is er nog iemand gaan dansen afgelopen week’ of ‘wie heeft er nog geoefend afgelopen dagen’? Daarnaast is het belangrijk dat als je persoonlijke aandacht geeft, dat het duidelijk is voor die diegenen dat je dit doet. Langslopen en zeggen ‘gaat prima’ zonder te zien dat de ander het heeft gehoord heeft als risico dat het niet duidelijk is. Compliment/Comment betekent dat je een compliment kan geven maar ook een verbeterpunt.
  15. Hou de focus op je les
    Ik hoor weleens verhalen dat de docent op z’n gemak koffie gaat staat drinken aan de bar en de groep 3 nummers laat indansen. Een nummertje indansen kan prima zijn maar wat wil je uitstralen door als docent aan de bar te gaan staan hangen met een kop koffie in je hand? Kortom; hou je focus op de les en blijf 100% betrokken bij de groep.

Wist je dat je NIET de meest geweldige danser(es) hoeft te zijn om dansles te kunnen geven?  Sterker nog: wij zijn altijd op zoek naar leuke, enthousiaste docenten. Niet naar de beste dansers!

Op zondag 8 maart as is er een 3 uur durende GRATIS DOCENTENTRAINING! En ik kan je nu al iets garanderen.; Hierna is geen dansles meer hetzelfde! Doe gerust mee en kijk of het docentschap iets voor je is. Meld je HIER aan.

VRAAG

WAT VIND JIJ HET BELANGRIJKSTE AAN EEN DANSLES? 

 

Stel je de wekelijkse blog op prijs? Deel deze dan op Facebook en/of Twitter.

X